Atorvastatine is een geneesmiddel behorend tot de groep cholesterolsynthese remmers (statines) dat ervoor zorgt dat de aanmaak van het aantal bloedvetten, zoals cholesterol, in de lever verlaagd wordt. Het vermindert aderverkalking en zo de kans op een hartinfarct of een beroerte.
Atorvastatine gaat de aanmaak van ‘slecht cholesterol’ (LDL-cholesterol) tegen en zorgt dat het ‘goede cholesterol’ (HDL-cholesterol) constant blijft. Het remt de productie van LDL-cholesterol in de lever en vermindert de productie van overbodige vetten. Dit zorgt voor een verlaging van het cholesterol- en vetgehalte.
Atorvastatine komt in tabletten van 10mg, 20mg en 40mg. Uw arts schrijft u de juiste dosering voor. Neem het tablet in met een half glas water. U kunt de dosis het beste dagelijks op een vast tijdstip innemen. Als u een dosis vergeet, doe dan het volgende: duurt het nog meer dan 8 uur tot uw volgende dosis, neem de dosis dan alsnog in. Is de tijd korter, sla de dosering dan over.
Als u overgevoelig bent voor een van de bestanddelen in Atorvastatine dan moet u dit middel niet gebruiken. U merkt dit aan huiduitslag, galbulten, een zwelling van het gezicht, lippen, mond, tong of keel of benauwdheid of een ernstige huidreactie met blaren of loslaten van de huid. Stop onmiddellijk met het gebruik en waarschuw direct uw arts. Gebruikt u medicijnen tegen epilepsie, of gebruikt u St. Janskruid (zonder recept verkrijgbaar) overleg dan voor het gebruik van Atorvastatine, deze medicijnen verminderen de werking. Overleg ook als u antibiotica slikt, medicijnen tegen hart- en vaataandoeningen of antischimmelmedicijnen gebruikt. Deze medicijnen versterken de werking.
Wees matig met het drinken van alcohol. Over het gebruik van Atorvastatine tijdens de zwangerschap en het geven van borstvoeding zijn onvoldoende gegevens bekend. Het wordt afgeraden Atorvastatine dan te gebruiken. U mag gewoon autorijden, tenzij u duizelig bent. Drink geen grapefruitsap als u Atorvastatine gebruikt, dit versterkt bijwerkingen.
Atorvastatine kan bijwerkingen veroorzaken. Neem contact op met uw arts als u hevige spierpijn, gewrichtspijn, spierzwakte, spierkramp of een spierscheuring krijgt.
U kunt last krijgen van buikpijn, verstopping, winderigheid, misselijkheid, zuurbranden of diarree. Van hoofdpijn, keelpijn, een verstopte neus, loopneus, bloedneus en droge neus of van vaak moeten plassen, veel drinken, dorst, een droge tong, vermoeidheid en slaperigheid. Neem contact op met uw arts als u last krijgt van smaakveranderingen, oorsuizen, doofheid, wazig of dubbelzien of een doof of tintelend gevoel in de ledematen, hevige pijn in de bovenbuik of een gele verkleuring van de huid.