Aangenomen wordt dat mensen met bepaalde aandoeningen, zoals hartziekten, hoge bloeddruk en COPD en mensen die al op leeftijd zijn, vatbaarder zijn voor ernstige ziekteverschijnselen bij een COVID-19 besmetting. In deze categorie wordt ook astma geplaatst, een aandoening waarbij de luchtwegen zich vernauwen, met benauwdheid en soms ademnood tot gevolg. Maar omdat blijkt dat er niet meer astmapatiënten besmet zijn met het coronavirus dan mensen zonder astma, heeft men onderzoek naar de vatbaarheid van deze patiëntengroep gedaan.
Dit onderzoek is uitgevoerd aan de Rutgers Universiteit in de staat New Jersey, een van de oudste universiteiten in de Verenigde Staten van Amerika. Uitgangspunt van het onderzoek was het feit dat er relatief minder mensen dan aangenomen met astma een ernstige coronabesmetting doormaakten. In het onderzoek zijn twee verschillende leeftijdscategorieën meegenomen: jongeren en ouderen. Jongeren lijden vaak aan een allergische vorm van astma en ouderen hebben vaker een eosinofiele vorm.
Eosinofielen
Bij Eosinofiele astma zijn de eosinofielen (een soort witte bloedlichaampjes) structureel ernstig verhoogd. Eosinofielen zijn onderdeel van het immuunsysteem en bedoeld om te helpen infecties te bestrijden. Dit doen ze door zwellingen te veroorzaken, waarmee ziektekiemen te lijf worden gegaan. Echter een te hoog aantal van deze ‘opruimers’ zorgt voor een tegengesteld effect: te grote zwellingen zorgen voor ontstekingen, onder meer in het ademhalingssysteem en dit lijdt tot ernstige symptomen van astma. Komt hier een coronabesmetting bovenop, dan wordt men zeer ernstig ziek, soms met de dood tot gevolg.
Uit het onderzoek blijkt dat mensen met astma in principe net zo vatbaar zijn voor COVID-19 als patiënten met andere, chronische aandoeningen. Waarom er onder deze groep dan wel minder besmettingen geconstateerd worden, heeft waarschijnlijk te maken met de voorzorgsmaatregelen die de patiënten zichzelf opleggen. In een verklaring zegt Reynold A. Panettieri, MD en directeur van de universiteit, dat hoogstwaarschijnlijk mensen die bekend zijn met (ernstig) astma veel alerter zijn op het risico om een besmetting op te lopen. Zodoende hanteren zij waarschijnlijk veel beter de anderhalve-meter regel, wassen vaker hun handen, gebruiken mondkapjes en handschoenen of gaan zelfs in zelf-quarantaine om voor het virus gespaard te blijven. Ook is gebleken dat mensen met astma in deze periode van corona zeer ‘therapietrouw’ zijn, wat betekent dat zij veel vaker hun medicatie gebruiken.
Corticosteroïden
Bij het veelvuldig gebruik van astmamedicatie is echter wel een kanttekening te plaatsen. De inademing van medicijnen die corticosteroïden bevatten, wat in veel astmamedicijnen het bestanddeel is, heeft niet altijd een positief effect. Dit leidt zelfs bij medici tot discussie of de inname wel zo veelvuldig moet gebeuren om klachten te voorkomen. Corticosteroïden, ook wel bijnierschorshormonen genoemd, staan er namelijk om bekend dat ze de immuunrespons van het lichaam kunnen verzwakken, waardoor ontstekingsreacties juist kunnen verergeren. Ook blijkt dat sommige steroïden het ‘opruimen’ van virussen in de longen vertragen, waardoor mensen langer, maar ook ernstiger ziek kunnen zijn.
Al met al blijken mensen met astma gerelateerde klachten, niet beter bestand tegen het coronavirus, zij zorgen er met zelfdiscipline voor dat ze minder risico lopen op een besmetting. Zijn ze toch besmet dan is het verloop per persoon verschillend.