Het begin van het tijdperk waarin we moeten leren leven met het coronavirus, ook Covid-19 genoemd, ligt alweer even achter ons. Inmiddels zijn we een aantal maanden in de ban van de bestrijding van dit virus en proberen we op diverse manieren de verspreiding ervan in te dammen. Er zijn in Nederland ondertussen vele duizenden geregistreerde besmettingen, maar we weten ook dat het werkelijke aantal besmettingen flink hoger ligt, omdat lang niet iedereen met klachten ook daadwerkelijk getest wordt.
Het coronavirus
Op het moment dat iemand besmet raakt met het coronavirus, duurt het gemiddeld, een dag of zes voordat de eerste klachten zich openbaren. De meeste mensen krijgen slechts ‘milde’ klachten (80%), zoals een algeheel malaise gevoel, hoesten en koorts. In een aantal gevallen ontstaan fikse ademhalingsproblemen, vaak gecombineerd met longontsteking en is een opname in het ziekenhuis, soms zelfs met beademing, noodzakelijk. Bij ouderen van boven de 83 jaar blijken de eerste symptomen van een coronabesmetting zich vaak anders te uiten, namelijk in een geriatrisch probleem, zoals in verwardheid en vallen. Hierdoor wordt de diagnose corona bij deze groep regelmatig gemist. Omdat klachten van corona lijken op die van andere besmettingen, zoals griep, is de enige manier om te weten te komen of iemand wel of geen coronavirus besmetting heeft gehad, een test waarmee antistoffen tegen het virus in het bloed kunnen worden aangetoond.
Groepsimmuniteit
De meeste mensen die een coronabesmetting hebben opgelopen, genezen binnen twee weken, waarna, tenzij de besmetting echt maar heel minimaal is geweest, antistoffen in het bloed kunnen worden aangetoond. We weten inmiddels dat het virus niet kan worden uitgebannen zolang er geen effectief vaccin op de markt is en daarom streeft de Nederlandse overheid ernaar om, tot die tijd te proberen in Nederland groepsimmuniteit te laten ontstaan. Onder groepsimmuniteit wordt verstaan dat er zoveel mensen besmet zijn geweest dat het virus nog maar weinig nieuwe zieken kan maken. Om groepsimmuniteit te bereiken en zo op natuurlijke manier van het virus verlost te worden, moet echter minimaal 60% van de bevolking antistoffen in het lichaam hebben. Via die natuurlijke weg is dat een proces van jaren want momenteel zijn steekproefsgewijs pas bij 3% van alle Nederlanders antistoffen aangetoond. (500.000 mensen van de 17 miljoen).
Coronatest
Om nu een beter beeld te krijgen van wie er wel en wie er niet een coronabesmetting heeft doorgemaakt, moet er getest worden. Hiervoor zijn ondertussen verschillende testen op de markt, welke niet allen even goed werken. Veel testen zijn namelijk sneltesten en daar heeft de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) zich kritisch over uitgelaten. Dit type testen kan namelijk foutieve resultaten opleveren, zowel negatief als positief. Professionele labtesten zijn veel accurater, maar tot voor kort zeer beperkt beschikbaar. Het laboratorium Microbe&Lab, een door het RIVM gevalideerd lab voor SARS-Cov-2-diagnostiek heeft de Corona-GEHAD test op de markt uitgebracht. Met deze test toon je antistoffen aan tegen corona in het bloed. Hiervoor worden enkele druppels bloed gebruikt die met een vingerprik thuis simpel zelf afgenomen kunnen worden. Dit bloed wordt vervolgens in het laboratorium bekeken op antistoffen.
Wat zijn eigenlijk precies antistoffen?
Vrij snel na een besmetting met een virus begint ons eigen immuunsysteem in actie te komen om dat virus te bestrijden. In eerste instantie met een algemene afweer, maar daarna met specifieke antistoffen die tegen het bewuste virus werken. Het levensdoel van een virus is vrij simpel, het wil zich zoveel mogelijk vermenigvuldigen en hiervoor maakt het gebruik van gastheercellen, waar ze in doordringen. Cellen in het menselijk lichaam vernieuwen continu. Dit doen ze door hun eigen genetische code (DNA) steeds opnieuw te kopiëren en zich te delen. Het coronavirus gebruikt als gastheercellen voornamelijk slijmvliescellen die zich in de keel en in de longen bevinden. Het virus misleidt vervolgens deze gastheercellen door zijn genetische code, nodig voor dat vermenigvuldigen, precies op die van zijn gastheer te laten lijken. Hierdoor vergist de gastheercel zich en kopieert het verkeerde DNA, namelijk dat van het virus in plaats van zijn eigen materiaal.
Gelukkig zit het menselijk lichaam zo in elkaar dat het uiteindelijk een virus altijd herkent als lichaamsvreemd, waarna het in actie komt om de indringers te verjagen. Hiervoor worden antistoffen, immunoglobulinen (IgG) genoemd, die het virus uitschakelen, aangemaakt. Deze aanmaak duurt zo’n vijf tot tien dagen. Ook worden meteen specifieke geheugencellen aangemaakt, die bij een volgende besmetting met hetzelfde virus snel in actie kunnen komen. Zo kan het virus dan direct in de kiem gesmoord worden.
Omdat Covid-19 een ‘nieuw’ virus is, weten we nog niet genoeg over de ontwikkeling van immuniteit ertegen. Volgens het RIVM is het waarschijnlijk dat je na besmetting en genezing tenminste partieel immuun wordt, maar hoelang deze immuniteit duurt, weten we nog niet. Door uitgebreid te testen kan onze kennis hierover vergroot worden.